READ
Surah az-Zukhruf
اَلزُّخْرُف
89 Ayaat مکیۃ
قُلْ اِنْ كَانَ لِلرَّحْمٰنِ وَلَدٌ ﳓ فَاَنَا اَوَّلُ الْعٰبِدِیْنَ(۸۱)
Indien de Barmhartige een zoon had, dan zou ik de eerste der aanbidders zijn.
Zeg: "Als de Erbarmer een kind had zou ik de eerste van de aanbidders zijn.
سُبْحٰنَ رَبِّ السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضِ رَبِّ الْعَرْشِ عَمَّا یَصِفُوْنَ(۸۲)
Verheven is de Heer der hemelen en der aarde, de Heer van de Troon, boven al hetgeen zij vertellen.
Geprezen zij de Heer van de hemelen en de aarde, de Heer van de troon, en verheven is Hij boven wat zij toeschrijven."
فَذَرْهُمْ یَخُوْضُوْا وَ یَلْعَبُوْا حَتّٰى یُلٰقُوْا یَوْمَهُمُ الَّذِیْ یُوْعَدُوْنَ(۸۳)
Laat hen praten en zich vermaken totdat de Dag komt die hun is beloofd.
Laat hen maar kletsen en schertsen totdat zij hun dag tegenkomen die hun wordt aangezegd.
وَ هُوَ الَّذِیْ فِی السَّمَآءِ اِلٰهٌ وَّ فِی الْاَرْضِ اِلٰهٌؕ-وَ هُوَ الْحَكِیْمُ الْعَلِیْمُ(۸۴)
En Hij is God in de hemel en op aarde en Hij is de Alwijze, de Alwetende,
En Hij is het die in de hemel god is en die op de aarde god is; Hij is de wijze, de wetende.
وَ تَبٰرَكَ الَّذِیْ لَهٗ مُلْكُ السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضِ وَ مَا بَیْنَهُمَاۚ-وَ عِنْدَهٗ عِلْمُ السَّاعَةِۚ-وَ اِلَیْهِ تُرْجَعُوْنَ(۸۵)
En zalig is Hij, Wie het Koninkrijk der hemelen en der aarde en alles, wat er tussen is, toebehoort, en bij Hem is de kennis van het Uur, en tot Hem zult gij worden teruggebracht.
Gezegend zij Hij die de heerschappij heeft over de hemelen en de aarde en wat er tussen beide is. En bij Hem is de kennis over het uur en tot Hem worden jullie teruggebracht.
وَ لَا یَمْلِكُ الَّذِیْنَ یَدْعُوْنَ مِنْ دُوْنِهِ الشَّفَاعَةَ اِلَّا مَنْ شَهِدَ بِالْحَقِّ وَ هُمْ یَعْلَمُوْنَ(۸۶)
En degenen die zij naast Allah aanroepen bezitten geen macht tot bemiddeling, behalve hij, die de Waarheid getuigt; en dat weten zij.
Zij die jullie in plaats van Hem aanroepen beschikken niet over voorspraak, behalve zij die van de waarheid getuigen en die kennis hebben.
وَ لَىٕنْ سَاَلْتَهُمْ مَّنْ خَلَقَهُمْ لَیَقُوْلُنَّ اللّٰهُ فَاَنّٰى یُؤْفَكُوْنَۙ(۸۷)
En indien gji hun vraagt: "Wie schiep hen?", zullen zij zeker zeggen: "Allah". Waarheen worden zij dan afgewend?
En als jij hun vraagt wie hen geschapen heeft zeggen zij: "God." Hoe kunnen zij dan zo zijn afgeleid?
وَ قِیْلِهٖ یٰرَبِّ اِنَّ هٰۤؤُلَآءِ قَوْمٌ لَّا یُؤْمِنُوْنَۘ(۸۸)
En zijn (des Profeten) gezegde: "O, mijn Heer, dit is een volk dat niet gelooft."
En [bij Hem is de kennis ] erover dat hij zegt: "Mijn Heer, dezen hier zijn mensen die niet geloven."
- English | Ahmed Ali
- Urdu | Ahmed Raza Khan
- Turkish | Ali-Bulaç
- German | Bubenheim Elyas
- Chinese | Chineese
- Spanish | Cortes
- Dutch | Dutch
- Portuguese | El-Hayek
- English | English
- Urdu | Fateh Muhammad Jalandhry
- French | French
- Hausa | Hausa
- Indonesian | Indonesian-Bahasa
- Italian | Italian
- Korean | Korean
- Malay | Malay
- Russian | Russian
- Tamil | Tamil
- Thai | Thai
- Farsi | مکارم شیرازی
- العربية | التفسير الميسر
- العربية | تفسير الجلالين
- العربية | تفسير السعدي
- العربية | تفسير ابن كثير
- العربية | تفسير الوسيط لطنطاوي
- العربية | تفسير البغوي
- العربية | تفسير القرطبي
- العربية | تفسير الطبري
- English | Arberry
- English | Yusuf Ali
- Dutch | Keyzer
- Dutch | Leemhuis
- Dutch | Siregar
- Urdu | Sirat ul Jinan