READ

Surah Ar-Rum

اَلرُّوْم
60 Ayaat    مکیۃ


30:0
بِسْمِ اللّٰهِ الرَّحْمٰنِ الرَّحِیْمِ
In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.

In de naam van Allah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige.
30:1
الٓمّٓۚ(۱)
Alif Laam Miem.

Alif Lâm Mîm.
30:2
غُلِبَتِ الرُّوْمُۙ(۲)
De Romeinen zijn verslagen

Ik Romeinen zijn overwonnen.
30:3
فِیْۤ اَدْنَى الْاَرْضِ وَ هُمْ مِّنْۢ بَعْدِ غَلَبِهِمْ سَیَغْلِبُوْنَۙ(۳)
In het nabijzijnde land, maar zij zullen na hun nederlaag zeker overwinnen,

In het nabijgelegen land, en na hun nederlaag zullen zij overwinnen.
30:4
فِیْ بِضْعِ سِنِیْنَ۬ؕ-لِلّٰهِ الْاَمْرُ مِنْ قَبْلُ وَ مِنْۢ بَعْدُؕ-وَ یَوْمَىٕذٍ یَّفْرَحُ الْمُؤْمِنُوْنَۙ(۴)
Binnen een negental jaren - van Allah is het gebod daarv??r en daarna - en op die Dag zullen de gelovigen zich verheugen

In enkelen jaren. Aan Allah behoort het bevel, voordien en nadien. En op die dag zullen de gelovigen zich verheugen.
30:5
بِنَصْرِ اللّٰهِؕ-یَنْصُرُ مَنْ یَّشَآءُؕ-وَ هُوَ الْعَزِیْزُ الرَّحِیْمُۙ(۵)
In de hulp van Allah, Hij helpt wie Hij wil; en Hij is de Almachtige, de Genadige.

Dank zij de hulp van Allah. Hij helpt wie Hij wil. En Hij is de Almachtige, de Meest Bamhartige.
30:6
وَعْدَ اللّٰهِؕ-لَا یُخْلِفُ اللّٰهُ وَعْدَهٗ وَ لٰكِنَّ اَكْثَرَ النَّاسِ لَا یَعْلَمُوْنَ(۶)
0

Als een belofte van Allah. Allah breekt Zijn belofte niet, maar de meeste mensen weten het niet.
30:7
یَعْلَمُوْنَ ظَاهِرًا مِّنَ الْحَیٰوةِ الدُّنْیَا ۚۖ-وَ هُمْ عَنِ الْاٰخِرَةِ هُمْ غٰفِلُوْنَ(۷)
Zij kennen slechts de schijn van het wereldse leven, en zij zijn zorgeloos over het Hiernamaals.

Zij kennen het uiterlijke van het wereldse leven, terwijl zij met betrekking tot het Hiernamaals onachtzamen zijn.
30:8
اَوَ لَمْ یَتَفَكَّرُوْا فِیْۤ اَنْفُسِهِمْ- مَا خَلَقَ اللّٰهُ السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضَ وَ مَا بَیْنَهُمَاۤ اِلَّا بِالْحَقِّ وَ اَجَلٍ مُّسَمًّىؕ-وَ اِنَّ كَثِیْرًا مِّنَ النَّاسِ بِلِقَآئِ رَبِّهِمْ لَكٰفِرُوْنَ(۸)
Hebben zij over zichzelf niet nagedacht? Allah heeft de hemelen en de aarde en alles wat daartussen is niet geschapen, dan in waarheid en voor een vastgestelde tijd. Toch geloven velen onder de mensen niet in de ontmoeting met hun Heer.

En denken zij niet na over zichzelf? Allah heet de hemelen en de aarde en wat daartussen is, niet geschapen dan in Waarheid en voor een vastgestelde termijn. En voorwaar, de meeste mensen geloven zeker niet in de ontmoeting met hun Heer.
30:9
اَوَ لَمْ یَسِیْرُوْا فِی الْاَرْضِ فَیَنْظُرُوْا كَیْفَ كَانَ عَاقِبَةُ الَّذِیْنَ مِنْ قَبْلِهِمْؕ-كَانُوْۤا اَشَدَّ مِنْهُمْ قُوَّةً وَّ اَثَارُوا الْاَرْضَ وَ عَمَرُوْهَاۤ اَكْثَرَ مِمَّا عَمَرُوْهَا وَ جَآءَتْهُمْ رُسُلُهُمْ بِالْبَیِّنٰتِؕ-فَمَا كَانَ اللّٰهُ لِیَظْلِمَهُمْ وَ لٰكِنْ كَانُوْۤا اَنْفُسَهُمْ یَظْلِمُوْنَؕ(۹)
Hebben zij niet op aarde gereisd, zodat zij mochten zien hoe het einde was van degenen die v??r hen waren? Zij waren sterker in macht dan dezen, zij maakten het land vruchtbaar en bebouwden het, meer dan dezen het deden. En hun boodschappers kwamen tot hen met duidelijke tekenen. En Allah was het niet Die hun onrecht aandeed, maar zij waren het die hun eigen ziel onrecht aandeden.

En reizen zij (ongelovigen) niet op de aarde, zodat zij zien hoe het einde was van degenen vóór hen? Zij waren sterker in kracht dan zij. En zij bewerkten de aarde en zij bebouwden haar meer dan zij (de ongelovigen) haar bebouwden. En hun Boodschappers waren tot hen gekomen met de duidelijke bewijzen. Het was Allah niet die hun onrecht aandeed, maar zij deden zichzelf onrecht aan.
30:10
ثُمَّ كَانَ عَاقِبَةَ الَّذِیْنَ اَسَآءُوا السُّوْٓ اٰۤى اَنْ كَذَّبُوْا بِاٰیٰتِ اللّٰهِ وَ كَانُوْا بِهَا یَسْتَهْزِءُوْنَ۠(۱۰)
Dan was het einde bitter voor hen die kwaad deden, omdat zij de tekenen van Allah loochenden, en er over spotten.

Daarna was de ergste bestraffing het einde van degenen die slechte werken verrichtten, omdat zij de Verzen van Allah loochenden en zij er de spot mee plachten te drijven.
30:11
اَللّٰهُ یَبْدَؤُا الْخَلْقَ ثُمَّ یُعِیْدُهٗ ثُمَّ اِلَیْهِ تُرْجَعُوْنَ(۱۱)
Allah brengt de schepping teweeg; dan herhaalt Hij haar; daarna zult gij tot Hem worden teruggebracht.

Allah schept de schepping, daarop wekt Hij haar op en tenslotte worden jullie tot Hem terruggekeerd.
30:12
وَ یَوْمَ تَقُوْمُ السَّاعَةُ یُبْلِسُ الْمُجْرِمُوْنَ(۱۲)
En de Dag, waarop het Uur zal komen, zullen de schuldigen wanhopig worden.

En op de Dag waarop het Uur valt wanhopen de zondaren.
30:13
وَ لَمْ یَكُنْ لَّهُمْ مِّنْ شُرَكَآىٕهِمْ شُفَعٰٓؤُا وَ كَانُوْا بِشُرَكَآىٕهِمْ كٰفِرِیْنَ(۱۳)
Geen hunner afgoden zal voor hen een bemiddelaar zijn; en zij zullen hun afgoderij verwerpen.

Er is voor hen onder hun afgoden geen voorspreker en zij zullen hun afgoden ontkennen.
30:14
وَ یَوْمَ تَقُوْمُ السَّاعَةُ یَوْمَىٕذٍ یَّتَفَرَّقُوْنَ(۱۴)
Op de Dag, waarop het Uur zal komen, zullen zij worden gescheiden.

Op de Dag waarop het Uur valt, op die Dag zullen zij gegroepeerd worden.
30:15
فَاَمَّا الَّذِیْنَ اٰمَنُوْا وَ عَمِلُوا الصّٰلِحٰتِ فَهُمْ فِیْ رَوْضَةٍ یُّحْبَرُوْنَ(۱۵)
Dan zullen zij die geloven en goede werken verrichtten in een tuin gelukkig worden.

Wat degenen die geloven en goede daden verrichten betreft: zij zullen in een hof worden verblijd.
30:16
وَ اَمَّا الَّذِیْنَ كَفَرُوْا وَ كَذَّبُوْا بِاٰیٰتِنَا وَ لِقَآئِ الْاٰخِرَةِ فَاُولٰٓىٕكَ فِی الْعَذَابِ مُحْضَرُوْنَ(۱۶)
Maar zij die niet geloofden en Onze tekenen en de ontmoeting in het Hiernamaals verwierpen, zullen voor straf te staan komen.

En wat degenen die ongelovig zijn en Onze Verzen en de ontmoeting van het Hiernamaals loochenen betreft: zij zijn degenen die voor de bestraffing voorgeleid zullen worden.
30:17
فَسُبْحٰنَ اللّٰهِ حِیْنَ تُمْسُوْنَ وَ حِیْنَ تُصْبِحُوْنَ(۱۷)
Glorie zij Allah, wanneer gij de avond ingaat en wanneer gij de ochtend ingaat -

Prijst daarom de Glorie van Allah wanneer jullie (ergens) in de namiddag zijn en wanneer jullie (ergens) in de ochtend zijn.
30:18
وَ لَهُ الْحَمْدُ فِی السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضِ وَ عَشِیًّا وَّ حِیْنَ تُظْهِرُوْنَ(۱۸)
En aan Hem behoort alle roem in de hemelen en op aarde - bij nacht en des daags.

En aan Hem is alle lof in de hemelen en op de aarde, en in de avond en wanneer jullie (ergens) in de voormiddag zijn.
30:19
یُخْرِ جُ الْحَیَّ مِنَ الْمَیِّتِ وَ یُخْرِ جُ الْمَیِّتَ مِنَ الْحَیِّ وَ یُحْیِ الْاَرْضَ بَعْدَ مَوْتِهَاؕ-وَ كَذٰلِكَ تُخْرَجُوْنَ۠(۱۹)
Hij brengt de levenden uit de doden voort en Hij brengt de doden uit de levenden voort; en Hij geeft de aarde leven na haar dood, en evenzo zult gij worden voortgebracht.

Hij brengt het levende voort uit het dode en Hij brengt het dode voort uit het levende en Hij doet de aarde leven na haar dood. Zo worden jullie (na jullie dood) opgewekt.
30:20
وَ مِنْ اٰیٰتِهٖۤ اَنْ خَلَقَكُمْ مِّنْ تُرَابٍ ثُمَّ اِذَاۤ اَنْتُمْ بَشَرٌ تَنْتَشِرُوْنَ(۲۰)
En tot Zijn tekenen behoort, dat Hij u uit stof schiep; en ziet! gij zijt mensen die zich kunnen verspreiden.

En het behoort tot Zijn Tekenen dat Hij jullie uit aarde heeft geschapen, waarop jullie je toen als mensen verspreidden.
30:21
وَ مِنْ اٰیٰتِهٖۤ اَنْ خَلَقَ لَكُمْ مِّنْ اَنْفُسِكُمْ اَزْوَاجًا لِّتَسْكُنُوْۤا اِلَیْهَا وَ جَعَلَ بَیْنَكُمْ مَّوَدَّةً وَّ رَحْمَةًؕ-اِنَّ فِیْ ذٰلِكَ لَاٰیٰتٍ لِّقَوْمٍ یَّتَفَكَّرُوْنَ(۲۱)
En dit is onder Zijn tekenen, dat Hij uit uw midden echtgenoten voor u schiep, opdat gij er rust in moogt vinden, en Hij heeft liefde en tederheid onder u geplaatst. Daarin zijn zeker tekenen voor een volk, dat nadenkt.

En het behoort tot Zijn Tekenen dat Hij van jullie eigen soort echtgenotes heeft geschapen, opdat jullie rust bij haar vinden en Hij bracht tussen jullie liefde en barmhartigheid. Voorwaar, daarin zijn zeker Tekenen voor een volk dat nadenkt.
30:22
وَ مِنْ اٰیٰتِهٖ خَلْقُ السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضِ وَ اخْتِلَافُ اَلْسِنَتِكُمْ وَ اَلْوَانِكُمْؕ-اِنَّ فِیْ ذٰلِكَ لَاٰیٰتٍ لِّلْعٰلِمِیْنَ(۲۲)
En tot Zijn tekenen behoort ook de schepping der hemelen en der aarde, en de verscheidenheid van uw talen en (huids) - kleuren. En dit zijn voorzeker tekenen voor degenen, die willen begrijpen.

En tot Zijn Tekenen behoort de schepping van de hemelen en de aardeen het verschillende van jullie talen en kleuren. Voorwaar, daarin zijn zeker Tekenen voor de bezitters van kennis.
30:23
وَ مِنْ اٰیٰتِهٖ مَنَامُكُمْ بِالَّیْلِ وَ النَّهَارِ وَ ابْتِغَآؤُكُمْ مِّنْ فَضْلِهٖؕ-اِنَّ فِیْ ذٰلِكَ لَاٰیٰتٍ لِّقَوْمٍ یَّسْمَعُوْنَ(۲۳)
0

En tot Zijn Tekenen behoort jullie slaap, 's nachts en overdag en jullie zoeken naar Zijn gunst. Voorwaar, daarin zijn zeker Tekenen voor een volk dat luistert.
30:24
وَ مِنْ اٰیٰتِهٖ یُرِیْكُمُ الْبَرْقَ خَوْفًا وَّ طَمَعًا وَّ یُنَزِّلُ مِنَ السَّمَآءِ مَآءً فَیُحْیٖ بِهِ الْاَرْضَ بَعْدَ مَوْتِهَاؕ-اِنَّ فِیْ ذٰلِكَ لَاٰیٰتٍ لِّقَوْمٍ یَّعْقِلُوْنَ(۲۴)
En tot Zijn tekenen behoort eveneens dat Hij u de bliksem toont als vrees en hoop. En dat Hij water uit de hemel nederzendt waarmede hij de aarde doet herleven na haar dood. Hierin zijn zeker tekenen voor een volk, dat wil begrijpen.

En tot Zijn Tekenen behoort dat Hij jullie de bliksem laat zien, om vrees en hoop op te wekken. En Hij doet water uit de hemel neerdalen, waarna Hij daarmee de aarde doet leven na haar dood. Voorwaar, daairin zijn zeker Tekenen voor een volk dat begrijpt.
30:25
وَ مِنْ اٰیٰتِهٖۤ اَنْ تَقُوْمَ السَّمَآءُ وَ الْاَرْضُ بِاَمْرِهٖؕ-ثُمَّ اِذَا دَعَاكُمْ دَعْوَةً ﳓ مِّنَ الْاَرْضِ اِذَاۤ اَنْتُمْ تَخْرُجُوْنَ(۲۵)
En dit is onder Zijn tekenen, dat de hemelen en de aarde in stand blijven door Zijn gebod. Dan, wanneer Hij u eenmaal van de aarde zal roepen, ziet! zult gij gaan.

En tot Zijn Tekenen behoort dat Hij de hemel en de aarde in stand houdt, met Zijn bevel. Daarna wanneer Hij jullie met een roep uit de aarde doet oproepen, dan zullen jullie tevoorschijn komen.
30:26
وَ لَهٗ مَنْ فِی السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضِؕ-كُلٌّ لَّهٗ قٰنِتُوْنَ(۲۶)
En aan Hem behoort een ieder, die in de hemelen en op aarde is; allen zijn Hem gehoorzaam.

En aan Hem behoort wie er in de hemelen en op de arde zijn. Allen zijn Hem gehoorzaam.
30:27
وَ هُوَ الَّذِیْ یَبْدَؤُا الْخَلْقَ ثُمَّ یُعِیْدُهٗ وَ هُوَ اَهْوَنُ عَلَیْهِؕ-وَ لَهُ الْمَثَلُ الْاَعْلٰى فِی السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضِۚ-وَ هُوَ الْعَزِیْزُ الْحَكِیْمُ۠(۲۷)
En Hij is het, Die de schepping voortbrengt en haar daarna herhaalt, dit is gemakkelijk voor Hem. En voor Hem zijn de verhevenste attributen in de hemelen en op aarde, en Hij is de Almachtige, de Alwijze.

En Hij is Degene Die de schepping schept en haar daarna herhaalt en dat is voor Hem nog gemakkelijker. En aan Hem behoren de meest verheven eigenschappen in de hemelen en op de aarde. En Hij is de Almachtige, de Alwijze.
30:28
ضَرَبَ لَكُمْ مَّثَلًا مِّنْ اَنْفُسِكُمْؕ-هَلْ لَّكُمْ مِّنْ مَّا مَلَكَتْ اَیْمَانُكُمْ مِّنْ شُرَكَآءَ فِیْ مَا رَزَقْنٰكُمْ فَاَنْتُمْ فِیْهِ سَوَآءٌ تَخَافُوْنَهُمْ كَخِیْفَتِكُمْ اَنْفُسَكُمْؕ-كَذٰلِكَ نُفَصِّلُ الْاٰیٰتِ لِقَوْمٍ یَّعْقِلُوْنَ(۲۸)
Hij geeft een gelijkenis uit uzelf. Hebt gij onder uw ondergeschikten deelgenoten in hetgeen waarvan Wij u hebben voorzien, zodat gij dienaangaande gelijken wordt en vreest gij hen, zoals gij elkander vreest? - Zo leggen Wij de tekenen uit aan een volk dat begrijpt.

Hij geeft jullie een vergelijking met julliezelf. Zijn er voor jullie die over slaven beschikken deelgenoten in de voorzieningen die Wij jullie hebben geschonken, zodat jullie daarin gelijk zijn? En vrezen jullie hen zoals jullie elkaar vrezen? Zo leggen Wij de Tekenen uit aan een volk dat begrijpt.
30:29
بَلِ اتَّبَعَ الَّذِیْنَ ظَلَمُوْۤا اَهْوَآءَهُمْ بِغَیْرِ عِلْمٍۚ-فَمَنْ یَّهْدِیْ مَنْ اَضَلَّ اللّٰهُؕ-وَ مَا لَهُمْ مِّنْ نّٰصِرِیْنَ(۲۹)
Neen, de onrechtvaardigen volgen hun eigen neigingen zonder enige kennis. En wie kan hen leiden, die Allah liet dwalen? Voor hen zullen er geen helpers zijn.

Maar degenen die onrecht pleegden volgden hun begeerten. zonder kennis. En wie kan dan hen leiden die Allah deed dwalen? En voor hen zijn er geen helpers.
30:30
فَاَقِمْ وَجْهَكَ لِلدِّیْنِ حَنِیْفًاؕ-فِطْرَتَ اللّٰهِ الَّتِیْ فَطَرَ النَّاسَ عَلَیْهَاؕ-لَا تَبْدِیْلَ لِخَلْقِ اللّٰهِؕ-ذٰلِكَ الدِّیْنُ الْقَیِّمُۗۙ-وَ لٰكِنَّ اَكْثَرَ النَّاسِ لَا یَعْلَمُوْنَۗۙ(۳۰)
Daarom, richt uw aangezicht oprecht tot de (ware) godsdienst, overeenkomstig de natuur naar welke Allah de mensen heeft geschapen. - De schepping van Allah kent geen verandering. - Dat is het ware geloof. Maar de meeste mensen weten het niet. -

Wend dan jouw aangezicht (O Moehammad) naar de godsdienst als een Hanîf. (Volg) de na tuurlijke aanleg, die Allah in de mens geschapen heeft. Er is geen verandering in de schepping van Allah Dat is de juiste godsdienst, maar de meeste mensen weten het niet.
30:31
مُنِیْبِیْنَ اِلَیْهِ وَ اتَّقُوْهُ وَ اَقِیْمُوا الصَّلٰوةَ وَ لَا تَكُوْنُوْا مِنَ الْمُشْرِكِیْنَۙ(۳۱)
U tot Hem bekerende, vreest Hem en leeft het gebed na, en behoort niet tot de afgodendienaren.

(Wendt jullie) als berouwvollen tot Hem, en vreest Hem en onderhoudt de shalât en behoort niet tot de veelgodenaanbidders.
30:32
مِنَ الَّذِیْنَ فَرَّقُوْا دِیْنَهُمْ وَ كَانُوْا شِیَعًاؕ-كُلُّ حِزْبٍۭ بِمَا لَدَیْهِمْ فَرِحُوْنَ(۳۲)
Noch tot degenen die hun godsdienst verdelen en secten vormen, terwijl elke partij zich verheugt in wat zij heeft.

Behorend tot degenen die hun godsdienst hebben opgesplitst en tot groepen zijn geworden. Iedere groep verbeugt zich in wat zij hebben.
30:33
وَ اِذَا مَسَّ النَّاسَ ضُرٌّ دَعَوْا رَبَّهُمْ مُّنِیْبِیْنَ اِلَیْهِ ثُمَّ اِذَاۤ اَذَاقَهُمْ مِّنْهُ رَحْمَةً اِذَا فَرِیْقٌ مِّنْهُمْ بِرَبِّهِمْ یُشْرِكُوْنَۙ(۳۳)
En als een ramp over de mensen komt roepen zij hun Heer aan, zich tot Hem bekerende; en als Hij hen van Zijn barmhartigheid heeft doen smaken, ziet! dan schrijft een gedeelte hunner aan hun Heer medegoden toe.

En wanneer tegenspoed de mensen treft, dan roepen zij hun Heer aan, als berouwvollen tot Hem. Daarna, wanneer Hij hun Barmhartigheid van Hem doet proeven, dan kont een groep van hen deelgenoten aan hun Heer toe.
30:34
لِیَكْفُرُوْا بِمَاۤ اٰتَیْنٰهُمْؕ-فَتَمَتَّعُوْاٙ-فَسَوْفَ تَعْلَمُوْنَ(۳۴)
Zodat zij ondankbaar worden voor hetgeen Wij hun hebben geschonken. Vermaakt u dan voor een wijle, maar gij zult het weldra te weten komen.

Om ondankbaarheid te tonen voor wat Wij hen hebben gegeven. Geniet maar, spoedig zuilen jullie het weten.
30:35
اَمْ اَنْزَلْنَا عَلَیْهِمْ سُلْطٰنًا فَهُوَ یَتَكَلَّمُ بِمَا كَانُوْا بِهٖ یُشْرِكُوْنَ(۳۵)
Hebben Wij enig gezag tot hen nedergezonden, dat spreekt over hetgeen zij met Hem vereenzelvigen?

Hebben Wij een bewijs neergezonden dat spreekt over de deelgenoten die zij am Hem toekennen?
30:36
وَ اِذَاۤ اَذَقْنَا النَّاسَ رَحْمَةً فَرِحُوْا بِهَاؕ-وَ اِنْ تُصِبْهُمْ سَیِّئَةٌۢ بِمَا قَدَّمَتْ اَیْدِیْهِمْ اِذَا هُمْ یَقْنَطُوْنَ(۳۶)
En wanneer Wij de mensen barmhartigheid doen smaken, verheugen zij zich daarin; maar als een kwaad hen overkomt door hun eigen werken, ziet! dan wanhopen zij.

En wanneer Wij de mensen Barmhartigheid doen proeven, dan zijn zij daar blij mee, maar wanneer kwaad hen treft, wegens wat zij bedreven, dan wanhopen zij.
30:37
اَوَ لَمْ یَرَوْا اَنَّ اللّٰهَ یَبْسُطُ الرِّزْقَ لِمَنْ یَّشَآءُ وَ یَقْدِرُؕ-اِنَّ فِیْ ذٰلِكَ لَاٰیٰتٍ لِّقَوْمٍ یُّؤْمِنُوْنَ(۳۷)
Hebben zij niet ingezien, dat Allah de voorziening vergroot en bekrimpt voor wie Hij wil? Daarin zijn waarlijk tekenen voor een volk dat wil geloven.

En zien zij niet dat Allah ck voorzieningen verruimt voor wie Hij wil, en dat Hij beperkt? Voorwaar, daarin zijn zeker Tekenen voor een volk dat gelooft.
30:38
فَاٰتِ ذَا الْقُرْبٰى حَقَّهٗ وَ الْمِسْكِیْنَ وَ ابْنَ السَّبِیْلِؕ-ذٰلِكَ خَیْرٌ لِّلَّذِیْنَ یُرِیْدُوْنَ وَجْهَ اللّٰهِ٘-وَ اُولٰٓىٕكَ هُمُ الْمُفْلِحُوْنَ(۳۸)
Geeft, de verwanten, de behoeftigen, de reiziger wat hun toekomt. Dat is het beste voor degenen die het Aangezicht van Allah zoeken, dezen zijn het die zullen slagen.

Geeft dan de verwant zijn recht, en de behoeftige en de reiziger (zonder proviand). Dat is beter voor degenen die het welbehagen van Allah wensen. En zij zijn degenen die de welslagenden zijn.
30:39
وَ مَاۤ اٰتَیْتُمْ مِّنْ رِّبًا لِّیَرْبُوَاۡ فِیْۤ اَمْوَالِ النَّاسِ فَلَا یَرْبُوْا عِنْدَ اللّٰهِۚ-وَ مَاۤ اٰتَیْتُمْ مِّنْ زَكٰوةٍ تُرِیْدُوْنَ وَجْهَ اللّٰهِ فَاُولٰٓىٕكَ هُمُ الْمُضْعِفُوْنَ(۳۹)
0

Wat jullie van eigendommen van de mensen gegevon hebben als rente om te vermeerderen: het vermeerdert niets bij Allah. Maar wat jullie aan zakât hebben gegeven, het welbehagen van Allah wensend: zij zijn degenen voor wie (hun beloningen) verveelvuldigd worden.
30:40
اَللّٰهُ الَّذِیْ خَلَقَكُمْ ثُمَّ رَزَقَكُمْ ثُمَّ یُمِیْتُكُمْ ثُمَّ یُحْیِیْكُمْؕ-هَلْ مِنْ شُرَكَآىٕكُمْ مَّنْ یَّفْعَلُ مِنْ ذٰلِكُمْ مِّنْ شَیْءٍؕ-سُبْحٰنَهٗ وَ تَعٰلٰى عَمَّا یُشْرِكُوْنَ۠(۴۰)
Hij is Allah, Die u schept en dan voor u zorgt en daarna doet Hij u sterven en dan zal Hij u doen herleven. Is er een onder uw afgoden, die iets dergelijks kan doen? Heilig is Hij en verheven boven hetgeen zij (met Hem) vereenzelvigen.

Allah is Degene Die jullie heeft geschapen en jullie daarop voorzag. Vervolgens doet Hij jullie sterven en daarna doet Hij jullie weer leven. Is er één onder jullie deelgenoten die ook maar iets van deze deden kan verrichten? Heilig is Hij en Verheven boven de deelgenoten die zij (Hem) toekennen.
  FONT
  THEME
  TRANSLATION
  • English | Ahmed Ali
  • Urdu | Ahmed Raza Khan
  • Turkish | Ali-Bulaç
  • German | Bubenheim Elyas
  • Chinese | Chineese
  • Spanish | Cortes
  • Dutch | Dutch
  • Portuguese | El-Hayek
  • English | English
  • Urdu | Fateh Muhammad Jalandhry
  • French | French
  • Hausa | Hausa
  • Indonesian | Indonesian-Bahasa
  • Italian | Italian
  • Korean | Korean
  • Malay | Malay
  • Russian | Russian
  • Tamil | Tamil
  • Thai | Thai
  • Farsi | مکارم شیرازی
  TAFSEER
  • العربية | التفسير الميسر
  • العربية | تفسير الجلالين
  • العربية | تفسير السعدي
  • العربية | تفسير ابن كثير
  • العربية | تفسير الوسيط لطنطاوي
  • العربية | تفسير البغوي
  • العربية | تفسير القرطبي
  • العربية | تفسير الطبري
  • English | Arberry
  • English | Yusuf Ali
  • Dutch | Keyzer
  • Dutch | Leemhuis
  • Dutch | Siregar
  • Urdu | Sirat ul Jinan
  HELP

اَلرُّوْم
اَلرُّوْم
  00:00



Download

اَلرُّوْم
اَلرُّوْم
  00:00



Download