READ

Surah Al-Mu'minun

اَلْمُؤْمِنُوْن
118 Ayaat    مکیۃ


23:0
بِسْمِ اللّٰهِ الرَّحْمٰنِ الرَّحِیْمِ
In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.

In de naam van God, de erbarmer, de barmhartige.
23:1
قَدْ اَفْلَحَ الْمُؤْمِنُوْنَۙ(۱)
Inderdaad voorspoedig zijn de gelovigen.

Het zal de gelovigen welgaan,
23:2
الَّذِیْنَ هُمْ فِیْ صَلَاتِهِمْ خٰشِعُوْنَۙ(۲)
Die ootmoedig zijn in hun gebeden.

die in hun salaat deemoedig zijn,
23:3
وَ الَّذِیْنَ هُمْ عَنِ اللَّغْوِ مُعْرِضُوْنَۙ(۳)
En die al hetgeen ijdel is, schuwen.

die geklets mijden,
23:4
وَ الَّذِیْنَ هُمْ لِلزَّكٰوةِ فٰعِلُوْنَۙ(۴)
En die aktief zijn in het betalen van Zakaat.

die de zakaat opbrengen
23:5
وَ الَّذِیْنَ هُمْ لِفُرُوْجِهِمْ حٰفِظُوْنَۙ(۵)
En die hun vleselijke lusten beheersen.

en die hun schaamstreek kuis bewaren,
23:6
اِلَّا عَلٰۤى اَزْوَاجِهِمْ اَوْ مَا مَلَكَتْ اَیْمَانُهُمْ فَاِنَّهُمْ غَیْرُ مَلُوْمِیْنَۚ(۶)
Behalve met hun vrouwen of hetgeen hun rechterhand bezit, want dan treft hen geen verwijt.

behalve bij hun echtgenotes of slavinnen waarover zij beschikken, dan valt hun niets te verwijten,
23:7
فَمَنِ ابْتَغٰى وَرَآءَ ذٰلِكَ فَاُولٰٓىٕكَ هُمُ الْعٰدُوْنَۚ(۷)
Doch degenen die deze perken te buiten gaan, zullen overtreders zijn.

maar zij die meer dan dat begeren, zij zijn het die overtreden.
23:8
وَ الَّذِیْنَ هُمْ لِاَمٰنٰتِهِمْ وَ عَهْدِهِمْ رٰعُوْنَۙ(۸)
Zij die zorgzaam zijn voor het hun toevertrouwde en voor hun overeenkomsten.

Die ook goed toezicht houden op hun onderpanden en hun verbintenis
23:9
وَ الَّذِیْنَ هُمْ عَلٰى صَلَوٰتِهِمْ یُحَافِظُوْنَۘ(۹)
En die hun gebeden in acht nemen.

en die zich aan hun salaats houden.
23:10
اُولٰٓىٕكَ هُمُ الْوٰرِثُوْنَۙ(۱۰)
Dezen zijn de erfgenamen,

Zij zijn het die de erfgenamen zijn,
23:11
الَّذِیْنَ یَرِثُوْنَ الْفِرْدَوْسَؕ-هُمْ فِیْهَا خٰلِدُوْنَ(۱۱)
Die het paradijs zullen erven. Zij zullen daarin vertoeven.

die het paradijs zullen beërven, zij zullen daarin altijd blijven.
23:12
وَ لَقَدْ خَلَقْنَا الْاِنْسَانَ مِنْ سُلٰلَةٍ مِّنْ طِیْنٍۚ(۱۲)
Voorwaar, Wij scheppen de mens uit een uittreksel van klei;

Wij hebben de mens toch uit een extract van klei geschapen.
23:13
ثُمَّ جَعَلْنٰهُ نُطْفَةً فِیْ قَرَارٍ مَّكِیْنٍ۪(۱۳)
Dan plaatsen Wij hem als een kleine levenskiem in een veilige plaats.

Daarna maakten Wij hem tot een druppel in een solide verblijfplaats.
23:14
ثُمَّ خَلَقْنَا النُّطْفَةَ عَلَقَةً فَخَلَقْنَا الْعَلَقَةَ مُضْغَةً فَخَلَقْنَا الْمُضْغَةَ عِظٰمًا فَكَسَوْنَا الْعِظٰمَ لَحْمًاۗ-ثُمَّ اَنْشَاْنٰهُ خَلْقًا اٰخَرَؕ-فَتَبٰرَكَ اللّٰهُ اَحْسَنُ الْخٰلِقِیْنَؕ(۱۴)
Vervolgens vormen Wij de levenskiem tot een klonter bloed; daarna vormen Wij het geronnen bloed tot een (vormeloze) klomp; dan vormen Wij beenderen uit deze (vormeloze) klomp; daarna bekleden Wij deze beenderen met vlees; vervolgens ontwikkelen Wij het tot een nieuwe schepping. Gezegend zij Allah, de Beste Schepper.

Daarna schiepen Wij de druppel tot een bloedklonter, dan schiepen Wij de bloedklonter tot een vleesklomp, dan schiepen Wij de vleesklomp tot gebeente en dan bedekten Wij het gebeente met vlees. Daarna lieten Wij het als een nieuwe schepping ontstaan. Gezegend zij God, de beste schepper.
23:15
ثُمَّ اِنَّكُمْ بَعْدَ ذٰلِكَ لَمَیِّتُوْنَؕ(۱۵)
Voorzeker daarna sterft gij.

Daarna zullen jullie, nadat dat gebeurd is, sterven.
23:16
ثُمَّ اِنَّكُمْ یَوْمَ الْقِیٰمَةِ تُبْعَثُوْنَ(۱۶)
En op de Dag der Verrijzenis zult gij worden opgewekt.

Daarna zullen jullie op de opstandingsdag opgewekt worden.
23:17
وَ لَقَدْ خَلَقْنَا فَوْقَكُمْ سَبْعَ طَرَآىٕقَ ﳓ وَ مَا كُنَّا عَنِ الْخَلْقِ غٰفِلِیْنَ(۱۷)
En boven u hebben Wij zeven wegen gemaakt, en nimmer veronachtzamen Wij de schepping.

En boven jullie hebben Wij zeven lagen geschapen en Wij letten goed op de schepping.
23:18
وَ اَنْزَلْنَا مِنَ السَّمَآءِ مَآءًۢ بِقَدَرٍ فَاَسْكَنّٰهُ فِی الْاَرْضِ ﳓ وَ اِنَّا عَلٰى ذَهَابٍۭ بِهٖ لَقٰدِرُوْنَۚ(۱۸)
Wij zenden water uit de hemel neer in bepaalde hoeveelheid en Wij doen deze in de aarde blijven en voorzeker zijn Wij ook in staat die weer weg te nemen.

En Wij hebben met mate water uit de hemel neer laten dalen en het in de aarde laten rusten -- Wij zijn ook in staat het weg te nemen --
23:19
فَاَنْشَاْنَا لَكُمْ بِهٖ جَنّٰتٍ مِّنْ نَّخِیْلٍ وَّ اَعْنَابٍۘ-لَكُمْ فِیْهَا فَوَاكِهُ كَثِیْرَةٌ وَّ مِنْهَا تَاْكُلُوْنَۙ(۱۹)
En Wij brengen daarmede tuinen van dadelpalmen en wijnstokken voor u voort, waarvan gij overvloedig fruit hebt; en gij eet daarvan.

en Wij hebben voor jullie daarmee tuinen van palmen en wijnstokken laten ontstaan waarin jullie veel vruchten hebben en waarvan jullie kunnen eten
23:20
وَ شَجَرَةً تَخْرُ جُ مِنْ طُوْرِ سَیْنَآءَ تَنْۢبُتُ بِالدُّهْنِ وَ صِبْغٍ لِّلْاٰكِلِیْنَ(۲۰)
En Wij brengen een boom voort die groeit uit de berg Sina?: deze brengt olie en een saus voort voor hen die het willen nuttigen.

en een boom die uit de berg Sinaa? voortkomt die olie voortbrengt en saus voor hen die eten.
23:21
وَ اِنَّ لَكُمْ فِی الْاَنْعَامِ لَعِبْرَةًؕ-نُسْقِیْكُمْ مِّمَّا فِیْ بُطُوْنِهَا وَ لَكُمْ فِیْهَا مَنَافِعُ كَثِیْرَةٌ وَّ مِنْهَا تَاْكُلُوْنَۙ(۲۱)
En in het vee is eveneens een les voor u. Wij geven u te drinken van de melk die in hun buik is en gij trekt er talrijke voordelen van en eveneens eet gij er van.

In het vee is er voor jullie ook een les; van wat er in hun buiken is geven Wij te drinken. Jullie hebben daarvan ook veel nut en jullie eten ervan.
23:22
وَ عَلَیْهَا وَ عَلَى الْفُلْكِ تُحْمَلُوْنَ۠(۲۲)
Daarop zowel als op schepen wordt gij gedragen.

En op hen en op de schepen worden jullie voortgedragen.
23:23
وَ لَقَدْ اَرْسَلْنَا نُوْحًا اِلٰى قَوْمِهٖ فَقَالَ یٰقَوْمِ اعْبُدُوا اللّٰهَ مَا لَكُمْ مِّنْ اِلٰهٍ غَیْرُهٗؕ-اَفَلَا تَتَّقُوْنَ(۲۳)
En Wij zonden Noach tot zijn volk, en hij zeide: "O mijn volk, dien Allah. Gij hebt geen andere God buiten Hem. Wilt gij dan niet vrezen?"

Wij hebben Noeh tot zijn volk gezonden en hij zei: "Mijn volk! Dient God; jullie hebben geen andere god dan Hem. Zullen jullie niet godvrezend worden?"
23:24
فَقَالَ الْمَلَؤُا الَّذِیْنَ كَفَرُوْا مِنْ قَوْمِهٖ مَا هٰذَاۤ اِلَّا بَشَرٌ مِّثْلُكُمْۙ-یُرِیْدُ اَنْ یَّتَفَضَّلَ عَلَیْكُمْؕ-وَ لَوْ شَآءَ اللّٰهُ لَاَنْزَلَ مَلٰٓىٕكَةً ۚۖ-مَّا سَمِعْنَا بِهٰذَا فِیْۤ اٰبَآىٕنَا الْاَوَّلِیْنَۚ(۲۴)
En de hoofden van zijn volk, die ongelovig waren, zeiden: "Hij is slechts een mens zoals gij, hij zou zich boven u willen verheffen. En indien het Allah had behaagd, had Hij voorzeker engelen nedergezonden. Wij hebben nooit van zulk (een boodschapper) onder onze voorvaderen gehoord.

En de raad van voornaamsten, zij van zijn volk die ongelovig waren, zei toen: "Dit is slechts een mens zoals jullie, die boven jullie wil uitblinken. Als God het namelijk gewild had, dan had Hij wel engelen neergezonden. Wij hebben hiervan bij onze vaderen die er eertijds waren niet gehoord.
23:25
اِنْ هُوَ اِلَّا رَجُلٌۢ بِهٖ جِنَّةٌ فَتَرَبَّصُوْا بِهٖ حَتّٰى حِیْنٍ(۲۵)
Hij is slechts een bezetene; wacht daarom een korte wijle, (ongetwijfeld zal hem iets overkomen)."

Hij is slechts een man die last heeft van bezetenheid. Wacht maar enige tijd af."
23:26
قَالَ رَبِّ انْصُرْنِیْ بِمَا كَذَّبُوْنِ(۲۶)
Noach zeide: "O mijn Heer, help mij, want zij hebben mij verloochend."

Hij zei: "Mijn Heer, help mij want zij betichten mij van leugens."
23:27
فَاَوْحَیْنَاۤ اِلَیْهِ اَنِ اصْنَعِ الْفُلْكَ بِاَعْیُنِنَا وَ وَحْیِنَا فَاِذَا جَآءَ اَمْرُنَا وَ فَارَ التَّنُّوْرُۙ-فَاسْلُكْ فِیْهَا مِنْ كُلٍّ زَوْجَیْنِ اثْنَیْنِ وَ اَهْلَكَ اِلَّا مَنْ سَبَقَ عَلَیْهِ الْقَوْلُ مِنْهُمْۚ-وَ لَا تُخَاطِبْنِیْ فِی الَّذِیْنَ ظَلَمُوْاۚ-اِنَّهُمْ مُّغْرَقُوْنَ(۲۷)
Toen openbaarden Wij hem: "Bouw de Ark onder Onze ogen en in overeenstemming met Onze openbaring. En wanneer Ons bevel komt en de oppervlakte der aarde overstroomt, neem dan aan boord twee (exemplaren) van wat nodig is en uw gezin, behalve degenen tegen wie het woord reeds is uitgevaardigd. En spreek Mij niet over de onrechtvaardigen, want zij zullen worden verdronken.

Toen openbaarden Wij aan hem: "Bouw het schip onder Onze ogen en volgens Onze openbaring. Wanneer dan Onze beschikking komt en de oven overkookt, laat er dan van alles twee stuks, paarsgewijs in gaan en jouw familie, behalve hem uit hun midden over wie al sprake is geweest, maar spreek Ons niet aan over hen die onrecht plegen; zij zullen verdronken worden.
23:28
فَاِذَا اسْتَوَیْتَ اَنْتَ وَ مَنْ مَّعَكَ عَلَى الْفُلْكِ فَقُلِ الْحَمْدُ لِلّٰهِ الَّذِیْ نَجّٰىنَا مِنَ الْقَوْمِ الظّٰلِمِیْنَ(۲۸)
"En wanneer gij de Ark zult hebben betrokken - gij en degenen die met u zijn zeg dan: "Alle lof behoort aan Allah, Die ons van een boosaardig volk heeft gered."

En wanneer jij met hen die bij jou zijn op de boot plaats genomen hebt, zeg dan: 'Lof zij God die ons van de mensen die onrecht plegen gered heeft.?
23:29
وَ قُلْ رَّبِّ اَنْزِلْنِیْ مُنْزَلًا مُّبٰرَكًا وَّ اَنْتَ خَیْرُ الْمُنْزِلِیْنَ(۲۹)
En zeg: "Mijn Heer, verleen mij een gezegende landing, want Gij zijt de Beste Landingshulp."

En zeg: 'Mijn Heer, geef mij een gezegend onderkomen; U bent de beste van hen die een onderkomen geven.?"
23:30
اِنَّ فِیْ ذٰلِكَ لَاٰیٰتٍ وَّ اِنْ كُنَّا لَمُبْتَلِیْنَ(۳۰)
Voorwaar, hierin zijn tekenen, en waarlijk Wij stellen (de mensen) op de proef.

Daarin zijn zeker tekenen en Wij hebben
23:31
ثُمَّ اَنْشَاْنَا مِنْۢ بَعْدِهِمْ قَرْنًا اٰخَرِیْنَۚ(۳۱)
Toen verwekten Wij een ander geslacht na hen.

Toen lieten Wij na hen een andere generatie ontstaan.
23:32
فَاَرْسَلْنَا فِیْهِمْ رَسُوْلًا مِّنْهُمْ اَنِ اعْبُدُوا اللّٰهَ مَا لَكُمْ مِّنْ اِلٰهٍ غَیْرُهٗؕ-اَفَلَا تَتَّقُوْنَ۠(۳۲)
En Wij zonden onder hen een boodschapper uit hun midden, die zeide: "Dient Allah, gij hebt geen andere God dan Hem. Wilt gij dan niet vrezen?"

En Wij zonden een gezant uit hun midden tot hen [met de oproep]: "Dient God; jullie hebben geen andere god dan Hem. Zullen jullie niet godvrezend worden?"
23:33
وَ قَالَ الْمَلَاُ مِنْ قَوْمِهِ الَّذِیْنَ كَفَرُوْا وَ كَذَّبُوْا بِلِقَآءِ الْاٰخِرَةِ وَ اَتْرَفْنٰهُمْ فِی الْحَیٰوةِ الدُّنْیَاۙ-مَا هٰذَاۤ اِلَّا بَشَرٌ مِّثْلُكُمْۙ-یَاْكُلُ مِمَّا تَاْكُلُوْنَ مِنْهُ وَ یَشْرَبُ مِمَّا تَشْرَبُوْنَﭪ (۳۳)
En de hoofden van zijn volk, die ongelovig waren en die de ontmoeting in het Hiernamaals loochenden en wie Wij in dit leven overvloed (van het goede der aarde) hadden gegeven, zeiden: "Dit is slechts een mens, zoals gij. Hij eet van hetgeengij eet en drinkt van hetgeen gij drinkt.

En de raad van voornaamsten van zijn volk, zij die ongelovig waren en de ontmoeting van het hiernamaals loochenden en die Wij in het tegenwoordige leven in luxe lieten leven, zei: "Dit is slechts een mens zoals jullie, die eet wat jullie eten en drinkt wat jullie drinken.
23:34
وَ لَىٕنْ اَطَعْتُمْ بَشَرًا مِّثْلَكُمْ اِنَّكُمْ اِذًا لَّخٰسِرُوْنَۙ(۳۴)
En indien gij een man gelijk aan uzelf gehoorzaamt dan zijt gij zeker verloren.

En als jullie een mens zoals jullie zelf gehoorzamen dan zijn jullie werkelijk verliezers!
23:35
اَیَعِدُكُمْ اَنَّكُمْ اِذَا مِتُّمْ وَ كُنْتُمْ تُرَابًا وَّ عِظَامًا اَنَّكُمْ مُّخْرَجُوْنَﭪ(۳۵)
Belooft hij u dat wanneer gij dood zijt en stof en beenderen zijt geworden, gij weder zult worden opgewekt?

Zegt hij jullie werkelijk aan dat jullie, wanneer jullie gestorven zijn en stof en gebeente geworden zijn, dat jullie dan weer tevoorschijn gebracht zullen worden? *
23:36
هَیْهَاتَ هَیْهَاتَ لِمَا تُوْعَدُوْنَﭪ(۳۶)
Verre, verre is hetgeen u wordt beloofd!

Ver, ver ernaast is wat jullie aangezegd wordt.
23:37
اِنْ هِیَ اِلَّا حَیَاتُنَا الدُّنْیَا نَمُوْتُ وَ نَحْیَا وَ مَا نَحْنُ بِمَبْعُوْثِیْنَﭪ(۳۷)
Er is geen ander leven buiten ons tegenwoordige leven; wij leven en sterven en zullen niet worden opgewekt.

Er bestaat alleen ons tegenwoordige leven; wij sterven en wij leven en wij worden niet opgewekt.
23:38
اِنْ هُوَ اِلَّا رَجُلُ-ﰳافْتَرٰى عَلَى اللّٰهِ كَذِبًا وَّ مَا نَحْنُ لَهٗ بِمُؤْمِنِیْنَ(۳۸)
Hij is niet anders dan een mens die een leugen heeft verzonnen over Allah; wij zullen in hem stellig niet geloven."

Hij is slechts een man die over God een leugen verzonnen heeft en wij zullen aan hem geen geloof hechten."
23:39
قَالَ رَبِّ انْصُرْنِیْ بِمَا كَذَّبُوْنِ(۳۹)
Hij zeide: "Mijn Heer, help mij, want zij hebben mij verloochend."

Hij zei: "Mijn Heer, help mij want zij betichten mij van leugens."
23:40
قَالَ عَمَّا قَلِیْلٍ لَّیُصْبِحُنَّ نٰدِمِیْنَۚ(۴۰)
(God) zeide: "Binnen korte tijd zullen zij zeker spijt krijgen."

Hij zei: "Binnenkort zullen zij wroeging gaan krijgen."
  FONT
  THEME
  TRANSLATION
  • English | Ahmed Ali
  • Urdu | Ahmed Raza Khan
  • Turkish | Ali-Bulaç
  • German | Bubenheim Elyas
  • Chinese | Chineese
  • Spanish | Cortes
  • Dutch | Dutch
  • Portuguese | El-Hayek
  • English | English
  • Urdu | Fateh Muhammad Jalandhry
  • French | French
  • Hausa | Hausa
  • Indonesian | Indonesian-Bahasa
  • Italian | Italian
  • Korean | Korean
  • Malay | Malay
  • Russian | Russian
  • Tamil | Tamil
  • Thai | Thai
  • Farsi | مکارم شیرازی
  TAFSEER
  • العربية | التفسير الميسر
  • العربية | تفسير الجلالين
  • العربية | تفسير السعدي
  • العربية | تفسير ابن كثير
  • العربية | تفسير الوسيط لطنطاوي
  • العربية | تفسير البغوي
  • العربية | تفسير القرطبي
  • العربية | تفسير الطبري
  • English | Arberry
  • English | Yusuf Ali
  • Dutch | Keyzer
  • Dutch | Leemhuis
  • Dutch | Siregar
  • Urdu | Sirat ul Jinan
  HELP

اَلْمُؤْمِنُوْن
اَلْمُؤْمِنُوْن
  00:00



Download

اَلْمُؤْمِنُوْن
اَلْمُؤْمِنُوْن
  00:00



Download