READ
Surah al-Buruj
اَلْبُرُوْج
22 Ayaat مکیۃ
85:0
بِسْمِ اللّٰهِ الرَّحْمٰنِ الرَّحِیْمِ
In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.
In naam van den lankmoedigen en albarmhartigen God.
Ik zweer bij den hemel met teekenen versierd.
Bij den getuige en de getuigenis
Gevloekt zijn de meesters van den kuil.
Met vuur waar onophoudelijk wordt bijgevoegd.
وَّ هُمْ عَلٰى مَا یَفْعَلُوْنَ بِالْمُؤْمِنِیْنَ شُهُوْدٌؕ(۷)
En waren getuigen van wat zij de gelovigen aandeden.
En getuigen waren van hetgeen zij tegen de ware geloovigen deden.
وَ مَا نَقَمُوْا مِنْهُمْ اِلَّاۤ اَنْ یُّؤْمِنُوْا بِاللّٰهِ الْعَزِیْزِ الْحَمِیْدِۙ(۸)
En zij wreekten zich slechts op hen omdat zij in Allah geloofden, de Almachtige, de Geprezene.
En zij bedroefden hen om geene andere reden, dan omdat zij in den machtigen, den glorierijken God geloofden.
الَّذِیْ لَهٗ مُلْكُ السَّمٰوٰتِ وَ الْاَرْضِؕ-وَ اللّٰهُ عَلٰى كُلِّ شَیْءٍ شَهِیْدٌؕ(۹)
Aan Wie het koninkrijk der hemelen en der aarde behoort; en Allah is Getuige van alle dingen.
Aan wien het koninkrijk van hemel en aarde behoort, en die getuige van alle dingen is.
اِنَّ الَّذِیْنَ فَتَنُوا الْمُؤْمِنِیْنَ وَ الْمُؤْمِنٰتِ ثُمَّ لَمْ یَتُوْبُوْا فَلَهُمْ عَذَابُ جَهَنَّمَ وَ لَهُمْ عَذَابُ الْحَرِیْقِؕ(۱۰)
En zij, die de gelovige mannen en vrouwen vervolgen en dan geen berouw hebben, voor hen is de straf der hel, en hen wacht de straf van het branden.
Waarlijk, voor hen, die de ware geloovigen van beiderlei kunne vervolgen, en daarna geen berouw betoonen, is de marteling der hel gereed gemaakt, en zij zullen de pijn der verbranding ondergaan.
اِنَّ الَّذِیْنَ اٰمَنُوْا وَ عَمِلُوا الصّٰلِحٰتِ لَهُمْ جَنّٰتٌ تَجْرِیْ مِنْ تَحْتِهَا الْاَنْهٰرُ ﲜ ذٰلِكَ الْفَوْزُ الْكَبِیْرُؕ(۱۱)
Voorzeker, de gelovigen die goede werken doen, zullen tuinen hebben waardoor rivieren stromen. Dat is de grote zegepraal.
Maar voor hen die gelooven, en datgene doen wat recht is, zijn tuinen bestemd, door welke rivieren stroomen. Dat zal een groote gelukzaligheid wezen.
Waarlijk, de wraak van uwen Heer is gestreng.
Hij schept en brengt (tot het leven) terug.
Hij is vergevensgezind en barmhartig;
De bezitter van den glansrijken troon;
هَلْ اَتٰىكَ حَدِیْثُ الْجُنُوْدِۙ(۱۷)
Heeft het verhaal van de heerscharen u dan niet bereikt,
Kent gij het verhaal niet van de heirscharen.
Nochtans houden de ongeloovigen niet op, de goddelijke openbaringen van valschheid te beschuldigen.
Maar God overvalt hen van achteren, en omsingelt hen, (zoodat zij niet kunnen ontvluchten).
Waarlijk, datgene, wat gij verwerpt is een glansrijke Koran.
- English | Ahmed Ali
- Urdu | Ahmed Raza Khan
- Turkish | Ali-Bulaç
- German | Bubenheim Elyas
- Chinese | Chineese
- Spanish | Cortes
- Dutch | Dutch
- Portuguese | El-Hayek
- English | English
- Urdu | Fateh Muhammad Jalandhry
- French | French
- Hausa | Hausa
- Indonesian | Indonesian-Bahasa
- Italian | Italian
- Korean | Korean
- Malay | Malay
- Russian | Russian
- Tamil | Tamil
- Thai | Thai
- Farsi | مکارم شیرازی
- العربية | التفسير الميسر
- العربية | تفسير الجلالين
- العربية | تفسير السعدي
- العربية | تفسير ابن كثير
- العربية | تفسير الوسيط لطنطاوي
- العربية | تفسير البغوي
- العربية | تفسير القرطبي
- العربية | تفسير الطبري
- English | Arberry
- English | Yusuf Ali
- Dutch | Keyzer
- Dutch | Leemhuis
- Dutch | Siregar
- Urdu | Sirat ul Jinan