READ
Surah Al-An'aam
اَلْاَ نْعَام
165 Ayaat مکیۃ
قُلْ اِنَّنِیْ هَدٰىنِیْ رَبِّیْۤ اِلٰى صِرَاطٍ مُّسْتَقِیْمٍ ﳛ دِیْنًا قِیَمًا مِّلَّةَ اِبْرٰهِیْمَ حَنِیْفًاۚ-وَ مَا كَانَ مِنَ الْمُشْرِكِیْنَ(۱۶۱)
Zeg: "Wat mij betreft, mijn Heer heeft mij op het rechte pad geleid - een goed geloof, de godsdienst van Abraham, de oprechte. En hij behoorde niet tot de afgodendienaren."
Zeg: "Mijn Heer heeft mij op een juiste weg gebracht: een juiste godsdienst; het geloof van Ibrahiem die het zuivere geloof aanhing. Hij behoorde niet tot de veelgodendienaars."
قُلْ اِنَّ صَلَاتِیْ وَ نُسُكِیْ وَ مَحْیَایَ وَ مَمَاتِیْ لِلّٰهِ رَبِّ الْعٰلَمِیْنَۙ(۱۶۲)
Zeg: "Mijn gebed en mijn offer, mijn leven en mijn dood zijn gewijd aan Allah, de Heer der Werelden."
Zeg: "Mijn salaat en mijn godsdienstoefening, mijn leven en mijn sterven behoren God toe, de Heer van de wereldbewoners.
لَا شَرِیْكَ لَهٗۚ-وَ بِذٰلِكَ اُمِرْتُ وَ اَنَا اَوَّلُ الْمُسْلِمِیْنَ(۱۶۳)
"Hij heeft geen gelijken. Zo is mij bevolen en ik ben de eerste der Moslims."
Geen metgezel heeft Hij. Dat is aan mij bevolen en ik ben de eerste van hen die zich [aan God] overgeven."
قُلْ اَغَیْرَ اللّٰهِ اَبْغِیْ رَبًّا وَّ هُوَ رَبُّ كُلِّ شَیْءٍؕ-وَ لَا تَكْسِبُ كُلُّ نَفْسٍ اِلَّا عَلَیْهَاۚ-وَ لَا تَزِرُ وَازِرَةٌ وِّزْرَ اُخْرٰىۚ-ثُمَّ اِلٰى رَبِّكُمْ مَّرْجِعُكُمْ فَیُنَبِّئُكُمْ بِمَا كُنْتُمْ فِیْهِ تَخْتَلِفُوْنَ(۱۶۴)
Zeg: "Zal ik een andere Heer begeren buiten Allah, terwijl Hij de Heer aller dingen is?" En geen ziel handelt dan voor zichzelf alleen, noch draagt een lastdrager de last van anderen. Dan zal uw terugkeer tot uw Heer zijn en Hij zal u verklaren, waarover gij twisttet.
Zeg: "Zal ik een ander dan God als Heer begeren, terwijl Hij toch de Heer van alles is?" Iedere ziel begaat [het slechte] slechts ten koste van zichzelf. Niemand is belast met de last van een ander. Daarna is jullie terugkeer tot jullie Heer. Hij zal jullie dan dat waarover jullie het oneens waren meedelen.
وَ هُوَ الَّذِیْ جَعَلَكُمْ خَلٰٓىٕفَ الْاَرْضِ وَ رَفَعَ بَعْضَكُمْ فَوْقَ بَعْضٍ دَرَجٰتٍ لِّیَبْلُوَكُمْ فِیْ مَاۤ اٰتٰىكُمْؕ-اِنَّ رَبَّكَ سَرِیْعُ الْعِقَابِ ﳲ وَ اِنَّهٗ لَغَفُوْرٌ رَّحِیْمٌ۠ (۱۶۵)
En Hij is het, die u op aarde tot opvolgers maakte en Hij heeft sommigen uwer in rang boven anderen verheven, opdat Hij u door hetgeen Hij u heeft gegeven, moge beproeven. Voorzeker, uw Heer is vlug in het straffen en voorzeker, Hij is Vergevensgezind, Genadevol.
Hij is het die jullie op de aarde tot elkaar opvolgende geslachten gemaakt heeft en die sommigen van jullie hogere rangen dan anderen gegeven heeft om jullie op de proef te stellen in wat Hij jullie gegeven heeft. Jouw Heer is zeker snel met de afstraffing en Hij is werkelijk vergevend en barmhartig.
- English | Ahmed Ali
- Urdu | Ahmed Raza Khan
- Turkish | Ali-Bulaç
- German | Bubenheim Elyas
- Chinese | Chineese
- Spanish | Cortes
- Dutch | Dutch
- Portuguese | El-Hayek
- English | English
- Urdu | Fateh Muhammad Jalandhry
- French | French
- Hausa | Hausa
- Indonesian | Indonesian-Bahasa
- Italian | Italian
- Korean | Korean
- Malay | Malay
- Russian | Russian
- Tamil | Tamil
- Thai | Thai
- Farsi | مکارم شیرازی
- العربية | التفسير الميسر
- العربية | تفسير الجلالين
- العربية | تفسير السعدي
- العربية | تفسير ابن كثير
- العربية | تفسير الوسيط لطنطاوي
- العربية | تفسير البغوي
- العربية | تفسير القرطبي
- العربية | تفسير الطبري
- English | Arberry
- English | Yusuf Ali
- Dutch | Keyzer
- Dutch | Leemhuis
- Dutch | Siregar
- Urdu | Sirat ul Jinan