READ

Surah Al-Aa'raaf

اَلْاَعْرَاف
206 Ayaat    مکیۃ


7:0
بِسْمِ اللّٰهِ الرَّحْمٰنِ الرَّحِیْمِ
In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.

In de naam van Allah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige.
7:1
الٓمّٓصٓۚ(۱)
Alif Laam Miem Saad.

Alif Lâm Mîm Shâd.
7:2
كِتٰبٌ اُنْزِلَ اِلَیْكَ فَلَا یَكُنْ فِیْ صَدْرِكَ حَرَجٌ مِّنْهُ لِتُنْذِرَ بِهٖ وَ ذِكْرٰى لِلْمُؤْمِنِیْنَ(۲)
(Dit is) een (volmaakt) Boek, dat aan u is geopenbaard - laat er daarom in uw hart geen twijfel zijn om er mede te waarschuwen; - dit is een aanmaning voor de gelovigen.

(Dit is) een Boek dat aan jou (Moehammad) neergezonden is, laat er daarom geen bedruktheid in jouw borst zijn vanwege deze (Koran). (Hij is neergezonden) om ermee te waarschuwen, en is een vemaning voor de gelovigen.
7:3
اِتَّبِعُوْا مَاۤ اُنْزِلَ اِلَیْكُمْ مِّنْ رَّبِّكُمْ وَ لَا تَتَّبِعُوْا مِنْ دُوْنِهٖۤ اَوْلِیَآءَؕ-قَلِیْلًا مَّا تَذَكَّرُوْنَ(۳)
Volgt hetgeen u van uw Heer is nedergezonden en volgt geen andere vrienden, dan Hem. Hoe gering is de lering, die gij trekt.

Volgt dan hetgeen aan jullie is neergezonden van jullie Heer en volgt buiten Hem geen leiders. Weinig is het dat jullie je laten vermanen.
7:4
وَ كَمْ مِّنْ قَرْیَةٍ اَهْلَكْنٰهَا فَجَآءَهَا بَاْسُنَا بَیَاتًا اَوْ هُمْ قَآىٕلُوْنَ(۴)
Hoeveel steden hebben Wij vernietigd! Onze straf overviel hen gedurende de nacht of tijdens de middagslaap.

En hoeveel steden hebben Wij niet vernietigd: Onze bestrafring kwam tot hen in de nacht of terwijl zij in de middag rustten.
7:5
فَمَا كَانَ دَعْوٰىهُمْ اِذْ جَآءَهُمْ بَاْسُنَاۤ اِلَّاۤ اَنْ قَالُوْۤا اِنَّا كُنَّا ظٰلِمِیْنَ(۵)
Toen Onze Straf over hen kwam, was hun roep niet anders dan dat zij zeiden: "Wij waren inderdaad onrechtvaardigen."

En hun smeekbede, toen Onze bestraffing tot hen kwam, was slechts dat zij zeiden: "Voorwaar, wij waren onrechtplegers."
7:6
فَلَنَسْــٴَـلَنَّ الَّذِیْنَ اُرْسِلَ اِلَیْهِمْ وَ لَنَسْــٴَـلَنَّ الْمُرْسَلِیْنَۙ(۶)
En Wij zullen degenen, tot wie de boodschappers waren gezonden zeker ter verantwoording roepen; en Wij zullen de boodschappers ook ondervragen.

Wij zullen zeker degenen aan wie (Profeten) gezonden waren ondervragen, en Wij zullen zeker de gczondenen vragen.
7:7
فَلَنَقُصَّنَّ عَلَیْهِمْ بِعِلْمٍ وَّ مَا كُنَّا غَآىٕبِیْنَ(۷)
Dan zullen Wij hen zeker met kennis doen weten; want Wij zijn nooit afwezig.

Wij zullen hun dan vertellen (wat zij hebben verricht), met kennis, en Wij waren niet afwezig.
7:8
وَ الْوَزْنُ یَوْمَىٕذِ ﹰالْحَقُّۚ- فَمَنْ ثَقُلَتْ مَوَازِیْنُهٗ فَاُولٰٓىٕكَ هُمُ الْمُفْلِحُوْنَ(۸)
En het wegen (der menselijke daden) zal op die Dag eerlijk zijn. Degenen, wier schalen zwaar zijn zullen slagen.

Op die Dag zal de weegschaal de Waarheid aangeven. Wiens schaal (met goede daden) dan zwaar is: zij zijn degenen die welslagen.
7:9
وَ مَنْ خَفَّتْ مَوَازِیْنُهٗ فَاُولٰٓىٕكَ الَّذِیْنَ خَسِرُوْۤا اَنْفُسَهُمْ بِمَا كَانُوْا بِاٰیٰتِنَا یَظْلِمُوْنَ(۹)
En zij, wier schalen licht zullen zijn, deden hun zielen tekort, omdat zij ten opzichte van Onze tekenen onrechtvaardig waren.

En wiens schaal licht is: zij zijn degenen die zichzelf verlies hebben toegebracht omdat zij Onze Verzen plachten te ontkennen.
7:10
وَ لَقَدْ مَكَّنّٰكُمْ فِی الْاَرْضِ وَ جَعَلْنَا لَكُمْ فِیْهَا مَعَایِشَؕ-قَلِیْلًا مَّا تَشْكُرُوْنَ۠(۱۰)
En Wij hebben u op aarde gevestigd en u daarop van middelen van bestaan voorzien. Hoe weinig dankbaar zijt gij!

En voorzeker hebben Wij jullie macht gegeven op aarde en Wij hebben op haar voor jullie levensvoorzieningen geplaatst. Weinig is het dat jullie dankbaar zijn.
7:11
وَ لَقَدْ خَلَقْنٰكُمْ ثُمَّ صَوَّرْنٰكُمْ ثُمَّ قُلْنَا لِلْمَلٰٓىٕكَةِ اسْجُدُوْا لِاٰدَمَ ﳓ فَسَجَدُوْۤا اِلَّاۤ اِبْلِیْسَؕ-لَمْ یَكُنْ مِّنَ السّٰجِدِیْنَ(۱۱)
Wij schiepen u, daarna vormden Wij u; toen zeiden Wij tot de engelen: "Onderwerpt u aan Adam" en zij onderwierpen zich, behalve Iblies; hij behoorde niet tot degenen die zich onderwierpen.

En voorzeker, Wij hebben jullie geschapen, vervolgens hebben Wij jullie vormgegeven en daarna zeiden Wij tot de Engelen: "Knielt jullie neer voor Adam," toen knielden zij, behalve Iblis, hij behoorde niet tot de knielenden.
7:12
قَالَ مَا مَنَعَكَ اَلَّا تَسْجُدَ اِذْ اَمَرْتُكَؕ-قَالَ اَنَا خَیْرٌ مِّنْهُۚ-خَلَقْتَنِیْ مِنْ نَّارٍ وَّ خَلَقْتَهٗ مِنْ طِیْنٍ(۱۲)
(Allah) zeide: "Wat belette u, u te onderwerpen, toen Ik u (dat) gebood?" Hij antwoordde: "Ik ben beter dan hij. Gij hebt mij uit vuur en hem uit klei geschapen.

Hij (Allah) vroeg: "Wat belemmerde jou je neer te knielen, toen Ik het jou beval?" Hij zei: "Ik ben beter dan hem (Adam); U hebt mij uit vuur geschapen terwijl U hem uit aarde hebt geschapen."
7:13
قَالَ فَاهْبِطْ مِنْهَا فَمَا یَكُوْنُ لَكَ اَنْ تَتَكَبَّرَ فِیْهَا فَاخْرُ جْ اِنَّكَ مِنَ الصّٰغِرِیْنَ(۱۳)
(Allah) zeide: "Verwijder u van hier - het is niet aan u, hier hoogmoedig te zijn. Ga heen, gij behoort stellig tot degenen, die vernederd zullen worden."

Hij (Allah) zei: "Daal af uit het (Paradijs), want het past jou niet dat jij je er hoogmoedig in gedraagt. vertrek daaroum. Voorwaar, jij behoort tot de vernederden."
7:14
قَالَ اَنْظِرْنِیْۤ اِلٰى یَوْمِ یُبْعَثُوْنَ(۱۴)
Hij zeide: "Geef mij uitstel tot aan de Dag waarop zij zullen worden opgewekt."

Hij zei:"Geef mij uitstel tot de Dag waarop zij opgewekt zullen worden."
7:15
قَالَ اِنَّكَ مِنَ الْمُنْظَرِیْنَ(۱۵)
(Allah) zeide: "U is uitstel verleend."

Hij (Allah) zei: "Voorwaar, jij behoort tot hen aan wie uitstel is gegeven."
7:16
قَالَ فَبِمَاۤ اَغْوَیْتَنِیْ لَاَقْعُدَنَّ لَهُمْ صِرَاطَكَ الْمُسْتَقِیْمَۙ(۱۶)
Hij antwoordde: "Welnu, daar gij mij liet dwalen zal ik hen voorzeker in de weg gaan zitten op Uw rechte pad."

Hij (Iblis) zei: "Omdat U mij hebt doen dwalen, zal ik hen belemmeren op Uw recht Pad.
7:17
ثُمَّ لَاٰتِیَنَّهُمْ مِّنْۢ بَیْنِ اَیْدِیْهِمْ وَ مِنْ خَلْفِهِمْ وَ عَنْ اَیْمَانِهِمْ وَ عَنْ شَمَآىٕلِهِمْؕ-وَ لَا تَجِدُ اَكْثَرَهُمْ شٰكِرِیْنَ(۱۷)
"Dan zal ik mij gewis v??r hen en achter hen en van hun rechter en van hun linker zijde tonen en Gij zult de meesten hunner niet dankbaar vinden."

Daarna zal ik zeker tot hen komen, van voor hen en ven achter hen en van hun rechterzijde en van hun linkerzijde, en U zult de meesten van hen niet als dankbaren aantreffen."
7:18
قَالَ اخْرُ جْ مِنْهَا مَذْءُوْمًا مَّدْحُوْرًاؕ-لَمَنْ تَبِعَكَ مِنْهُمْ لَاَمْلَــٴَـنَّ جَهَنَّمَ مِنْكُمْ اَجْمَعِیْنَ(۱۸)
(Allah) zeide: "Ga heen, veracht en verworpen. Wie hunner u ook zal volgen, Ik zal voorzeker de hel met u allen vullen."

Hij (Allah) zei: 'Ga er uit weg, veracht en verstoten. Wie van hen jou dan volgt: voorwaar, Ik zal de hel vullen met jullie allen."
7:19
وَ یٰۤاٰدَمُ اسْكُنْ اَنْتَ وَ زَوْجُكَ الْجَنَّةَ فَكُلَا مِنْ حَیْثُ شِئْتُمَا وَ لَا تَقْرَبَا هٰذِهِ الشَّجَرَةَ فَتَكُوْنَا مِنَ الظّٰلِمِیْنَ(۱۹)
"O, Adam, vertoef met uw vrouw in de tuin en eet, wat gij wilt, maar nadert deze boom niet, anders zult gij tot de onrechtvaardigen behoren."

En: "O Adam, verblijft in het Paradijs, jij en je vrouw, en eet wat jullie willen, en nadert deze boom niet, want dan zullen jullie tot de onrechtplegers behoren."
7:20
فَوَسْوَسَ لَهُمَا الشَّیْطٰنُ لِیُبْدِیَ لَهُمَا مَاوٗرِیَ عَنْهُمَا مِنْ سَوْاٰتِهِمَا وَ قَالَ مَا نَهٰىكُمَا رَبُّكُمَا عَنْ هٰذِهِ الشَّجَرَةِ اِلَّاۤ اَنْ تَكُوْنَا مَلَكَیْنِ اَوْ تَكُوْنَا مِنَ الْخٰلِدِیْنَ(۲۰)
Maar Satan fluisterde hun (boze ingevingen) in opdat hij hun naaktheid zou openbaren die voor hen verborgen was, en zeide: "Uw Heer heeft u deze boom alleen verboden, opdat gij geen engelen of eeuwig- levenden zoudt worden."

Toen fluisterde de Satan hen in om te onthullen wat er van hun schaamte bedekt was, en hij zei: "Jullie Heer houdt jullie slechts van deze boom af omdat jullie anders Engelen worden, of dat jullie tot de eeuwiglevenden zullen behoren."
7:21
وَ قَاسَمَهُمَاۤ اِنِّیْ لَكُمَا لَمِنَ النّٰصِحِیْنَۙ(۲۱)
En hij zwoer tot hen: "Ik ben voor u zeker een oprechte raadgever."

En hij bezwoer hun: "Voorwaar, ik behoor voor jullie zeker tot raadgevers,"
7:22
فَدَلّٰىهُمَا بِغُرُوْرٍۚ-فَلَمَّا ذَاقَا الشَّجَرَةَ بَدَتْ لَهُمَا سَوْاٰتُهُمَا وَ طَفِقَا یَخْصِفٰنِ عَلَیْهِمَا مِنْ وَّرَقِ الْجَنَّةِؕ-وَ نَادٰىهُمَا رَبُّهُمَاۤ اَلَمْ اَنْهَكُمَا عَنْ تِلْكُمَا الشَّجَرَةِ وَ اَقُلْ لَّكُمَاۤ اِنَّ الشَّیْطٰنَ لَكُمَا عَدُوٌّ مُّبِیْنٌ(۲۲)
0

Waarlijk, hij bedroog hen door misleiding, Toen zij dan van (de vruchten van) de boom hadden geproefd, werd hun schaamte zichtbaar en zij begonnen zich to bedekken met aaneenge-regen bladeren van het Paradijs. En hun Heer riep tot hen: "Heb ik jullie deze boom van jullie niet verboden en heb Ik niet tot jullie gezegd: "Voorwaar, de Satan is voor jullie een duidelijke vijand?"
7:23
قَالَا رَبَّنَا ظَلَمْنَاۤ اَنْفُسَنَاٚ- وَ اِنْ لَّمْ تَغْفِرْ لَنَا وَ تَرْحَمْنَا لَنَكُوْنَنَّ مِنَ الْخٰسِرِیْنَ(۲۳)
Zij antwoordden: "Onze Heer, wij hebben onszelf onrecht aangedaan en als Gij ons niet vergeeft en ons niet genadig zijt, zullen wij zeker tot de benadeelden behoren.

Zij zeiden: "Onze Heer, wij hebben onszelf onrecht aangedaan en wanneer U ons niet vergeeft en ons geen genade schenkt, dan zullen wij zeker tot de verliezers behoren."
7:24
قَالَ اهْبِطُوْا بَعْضُكُمْ لِبَعْضٍ عَدُوٌّۚ-وَ لَكُمْ فِی الْاَرْضِ مُسْتَقَرٌّ وَّ مَتَاعٌ اِلٰى حِیْنٍ(۲۴)
Hij zeide: "Gaat heen, sommigen uwer zullen de vijanden van anderen zijn. En er is voor u een verblijfplaats op aarde en een voorziening voor een bepaalde tijd."

Hij (Allah) zei: "Daalt af, jullie zijn elkaars vijanden, en voor jullie is er op de aarde een verblijfplaats en een genieting tot een bepaalde tijd."
7:25
قَالَ فِیْهَا تَحْیَوْنَ وَ فِیْهَا تَمُوْتُوْنَ وَ مِنْهَا تُخْرَجُوْنَ۠(۲۵)
Hij zeide: "Gij zult daarop leven en sterven en gij zult daarvandaan worden opgewekt."

Hij zei: "Daarop zullen jullie leven en daarop zullen jullie sterven en daaruit zullen jullie tevoorschijn worden gebracht."
7:26
یٰبَنِیْۤ اٰدَمَ قَدْ اَنْزَلْنَا عَلَیْكُمْ لِبَاسًا یُّوَارِیْ سَوْاٰتِكُمْ وَ رِیْشًاؕ-وَ لِبَاسُ التَّقْوٰىۙ-ذٰلِكَ خَیْرٌؕ-ذٰلِكَ مِنْ اٰیٰتِ اللّٰهِ لَعَلَّهُمْ یَذَّكَّرُوْنَ(۲۶)
O kinderen van Adam! Wij hebben u inderdaad kleding nedergezonden om uw naaktheid te bedekken, ook om sierlijk te zijn, doch het kleed van godsvrucht is het beste. Dit is een teken van Allah, opdat zij er lering uit mogen trekken.

O Kinderen van Adam, voorzeker, Wij hebben voor jullie kleding neergezonden om jullie schaamte te bedekken en versierselen. En het kleed van het vrezen (van Allah), dat is het beste. Dat zijn een aantal van Allah's Tekenen. Hopelijk laten zij zich vermanen.
7:27
یٰبَنِیْۤ اٰدَمَ لَا یَفْتِنَنَّكُمُ الشَّیْطٰنُ كَمَاۤ اَخْرَ جَ اَبَوَیْكُمْ مِّنَ الْجَنَّةِ یَنْزِعُ عَنْهُمَا لِبَاسَهُمَا لِیُرِیَهُمَا سَوْاٰتِهِمَاؕ-اِنَّهٗ یَرٰىكُمْ هُوَ وَ قَبِیْلُهٗ مِنْ حَیْثُ لَا تَرَوْنَهُمْؕ-اِنَّا جَعَلْنَا الشَّیٰطِیْنَ اَوْلِیَآءَ لِلَّذِیْنَ لَا یُؤْمِنُوْنَ(۲۷)
O kinderen van Adam, laat Satan u niet verleiden, zoals hij uw ouders uit het paradijs verdreef en hen van hun kleding beroofde, opdat hij hun hun naaktheid mocht tonen. Waarlijk, hij ziet u, hij en zijn stam, vanwaar gij hen niet ziet. Voorzeker, Wij hebben de duivelen vrienden gemaakt voor hen, die niet geloven.

0OKinderen van Adam, laat de Satan jullie niet in verzoeking brengen, zoals hij jullie voorouders uit de tuin heeft verdreven; hij nam hun kleding van hen weg om hen hun schaamte te tonen. Hij en zijn aanhangers zien jullie van waar jullie hen niet zien. Voorwaar, Wij hebben de Satans tot leiders gemaakt voor degenen die niet geloven.
7:28
وَ اِذَا فَعَلُوْا فَاحِشَةً قَالُوْا وَجَدْنَا عَلَیْهَاۤ اٰبَآءَنَا وَ اللّٰهُ اَمَرَنَا بِهَاؕ-قُلْ اِنَّ اللّٰهَ لَا یَاْمُرُ بِالْفَحْشَآءِؕ-اَتَقُوْلُوْنَ عَلَى اللّٰهِ مَا لَا تَعْلَمُوْنَ(۲۸)
En wanneer zij een slechte daad begaan, zeggen zij: "Wij zagen dit onze vaderen doen en Allah heeft het ons bevolen." Zeg: "Allah legt nooit slechte daden op. Zegt gij van Allah, hetgeen gij niet weet?"

En wanneer zij een gruweldaad bedrijven, dan zeggen zij: "Wij troffen dit bij onze vaderen aan en Allah heeft ons dit bevolen." Zeg (O Moehammad): "Voorwaar, Allah beveelt geen gruweldaden, zeggen jullie dat over Allah wat jullie niet weten?"
7:29
قُلْ اَمَرَ رَبِّیْ بِالْقِسْطِ- وَ اَقِیْمُوْا وُجُوْهَكُمْ عِنْدَ كُلِّ مَسْجِدٍ وَّ ادْعُوْهُ مُخْلِصِیْنَ لَهُ الدِّیْنَ۬ؕ-كَمَا بَدَاَكُمْ تَعُوْدُوْنَؕ(۲۹)
Zeg: "Mijn Heer heeft rechtvaardigheid bevolen. En dat gij uw aandacht behoorlijk richt, ter gelegenheid van aanbidding en Hem aanroept in zuivere gehoorzaamheid aan Hem. Zoals Hij u deed ontstaan, zo zult gij wederkeren.

Zeg: "Mijn Heer heeft rechtvaardigheid bevolen." En: "Richt jullie aangezicht (tot Hem) bij iedere knieling (in het gebed) en aanbidt Hem op een zuivere wijze van aanbidding. Zoals Hij jullie de eerste keer heeft geschapen, zo zullen jullie terugkeren."
7:30
فَرِیْقًا هَدٰى وَ فَرِیْقًا حَقَّ عَلَیْهِمُ الضَّلٰلَةُؕ-اِنَّهُمُ اتَّخَذُوا الشَّیٰطِیْنَ اَوْلِیَآءَ مِنْ دُوْنِ اللّٰهِ وَ یَحْسَبُوْنَ اَنَّهُمْ مُّهْتَدُوْنَ(۳۰)
Sommigen heeft Hij geleid en bij anderen werd dwaling hun deel. Zij hebben buiten Allah de bozen tot vrienden genomen en zij denken dat zij recht geleid zijn.

Een groep heeft Hij leiding gegeven en voor een andere groep is hun dwaling terecht. Voorwaar, zij namen de Satans als beschermers, naast Allah, en zij dachten dat zij waarlijk rechtgeleiden waren.
7:31
یٰبَنِیْۤ اٰدَمَ خُذُوْا زِیْنَتَكُمْ عِنْدَ كُلِّ مَسْجِدٍ وَّ كُلُوْا وَ اشْرَبُوْا وَ لَا تُسْرِفُوْا ۚ-اِنَّهٗ لَا یُحِبُّ الْمُسْرِفِیْنَ۠(۳۱)
O, kinderen van Adam, let op uw uiterlijk ter gelegenheid van aanbidding en eet en drinkt, maar verkwist niet. Hij heeft de verkwisters zeker niet lief.

O Kinderen van Adam, draagt jullie mooie kleding bij elke shalât, en eet en drinkt en overdrijft niet. Voorwaar, Hij houdt niet van de buitensporigen.
7:32
قُلْ مَنْ حَرَّمَ زِیْنَةَ اللّٰهِ الَّتِیْۤ اَخْرَ جَ لِعِبَادِهٖ وَ الطَّیِّبٰتِ مِنَ الرِّزْقِؕ-قُلْ هِیَ لِلَّذِیْنَ اٰمَنُوْا فِی الْحَیٰوةِ الدُّنْیَا خَالِصَةً یَّوْمَ الْقِیٰمَةِؕ-كَذٰلِكَ نُفَصِّلُ الْاٰیٰتِ لِقَوْمٍ یَّعْلَمُوْنَ(۳۲)
Zeg: "Wie heeft de tooi van Allah, die Hij voor Zijn dienaren heeft voortgebracht en zuiver voedsel, verboden?" Zeg: "Zij zijn ook voor de gelovigen in het tegenwoordige leven en voor hen alleen op de Dag der Opstanding." Zo verklaren Wij de tekenen aan een volk dat begrip heeft.

Zeg (O Moehammad): "Wie heeft de mooie kleding die Allah voor Zijn dienaren heeft gebracht on de goede dingen van de voorzieningen verboden verklaard?" Zeg: "Dit is op de Dag der Opstanding uitsluitend voor degenen die geloofden tijdens het wereldse leven." Zo zetten Wij de Verzen uiteen aan een volk dat weet.
7:33
قُلْ اِنَّمَا حَرَّمَ رَبِّیَ الْفَوَاحِشَ مَا ظَهَرَ مِنْهَا وَ مَا بَطَنَ وَ الْاِثْمَ وَ الْبَغْیَ بِغَیْرِ الْحَقِّ وَ اَنْ تُشْرِكُوْا بِاللّٰهِ مَا لَمْ یُنَزِّلْ بِهٖ سُلْطٰنًا وَّ اَنْ تَقُوْلُوْا عَلَى اللّٰهِ مَا لَا تَعْلَمُوْنَ(۳۳)
Zeg: "Mijn Heer heeft slechte daden, hetzij openlijk of in het geheim verboden en zonde en ongerechtvaardigde opstand; en dat gij datgene met Allah vereenzelvigt, waarvoor Hij u geen gezag heeft nedergezonden en dat gij van Allah dingen zegt, die gij niet weet.

Zeg: "Mijn Heer heeft slechts de zedeloosheden verboden, wat er openlijk van is en wat er verborgen van is; en de zonde; en de overtreding zonder recht; en dat jullie Allah deelgenoten toekennen, waarvoor Hij geen bewijs heeft neergezonden en dat jullie over Allah zeggen wat jullie niet weten."
7:34
وَ لِكُلِّ اُمَّةٍ اَجَلٌۚ-فَاِذَا جَآءَ اَجَلُهُمْ لَا یَسْتَاْخِرُوْنَ سَاعَةً وَّ لَا یَسْتَقْدِمُوْنَ(۳۴)
En er is voor elk volk een termijn en wanneer hun tijd is gekomen kunnen zij geen uur uitstel krijgen, noch kunnen zij vooruitlopen.

Voor iedere gemeenschap is er een vastgesteld tijdstip on wanneer haar tijdstip is gekomen, dan kunnen zij het geen moment uitstellen noch vervroegen.
7:35
یٰبَنِیْۤ اٰدَمَ اِمَّا یَاْتِیَنَّكُمْ رُسُلٌ مِّنْكُمْ یَقُصُّوْنَ عَلَیْكُمْ اٰیٰتِیْۙ-فَمَنِ اتَّقٰى وَ اَصْلَحَ فَلَا خَوْفٌ عَلَیْهِمْ وَ لَا هُمْ یَحْزَنُوْنَ(۳۵)
O, kinderen van Adam, als boodschappers vanuit uw midden tot u komen, die Mijn tekenen aan u voordragen, dan, wie Allah zal vrezen en goede daden verrichten, over hen zal geen vrees komen, noch zullen zij treuren.

O Kinderen van Adam, wanneer er Boodschappers uit jullie midden tot jullie komen, die jullie Mijn Verzen vertellen: wie dan (Allah) vreest en zich betert; over hem zal geen angst komen. Noch zullen zij treuren.
7:36
وَ الَّذِیْنَ كَذَّبُوْا بِاٰیٰتِنَا وَ اسْتَكْبَرُوْا عَنْهَاۤ اُولٰٓىٕكَ اَصْحٰبُ النَّارِۚ-هُمْ فِیْهَا خٰلِدُوْنَ(۳۶)
Maar zij, die Onze tekenen verloochenen en er zich hoogmoedig van afkeren - dezen zullen de bewoners van het Vuur zijn, zij zullen daarin vertoeven.

En degenen die Onze Verzen loochenen en er hoogmoedig tegenover staan, zij zijn degenen die de bewoners van de Hel zijn. Zij zijn daarin eeuwig levenden.
7:37
فَمَنْ اَظْلَمُ مِمَّنِ افْتَرٰى عَلَى اللّٰهِ كَذِبًا اَوْ كَذَّبَ بِاٰیٰتِهٖؕ-اُولٰٓىٕكَ یَنَالُهُمْ نَصِیْبُهُمْ مِّنَ الْكِتٰبِؕ-حَتّٰۤى اِذَا جَآءَتْهُمْ رُسُلُنَا یَتَوَفَّوْنَهُمْۙ-قَالُوْۤا اَیْنَ مَا كُنْتُمْ تَدْعُوْنَ مِنْ دُوْنِ اللّٰهِؕ-قَالُوْا ضَلُّوْا عَنَّا وَ شَهِدُوْا عَلٰۤى اَنْفُسِهِمْ اَنَّهُمْ كَانُوْا كٰفِرِیْنَ(۳۷)
Wie is dan onrechtvaardiger dan hij, die een leugen over Allah uit, of Zijn tekenen verloochent? Dezen zijn het, die hun lot zullen ondergaan zoals het verordend is, als Onze boodschappers hen zullen bezoeken om hun zielen weg te nemen; zij zullen hen vragen: "Waar is hetgeen gij naast Allah aanriept?" Zij zullen antwoorden: "Het is verloren geraakt voor ons," en zij zullen tegen zichzelven getuigen, dat zij ongelovig waren.

Wie zijn dan onrechtvaardiger dan degenen die een leugen over Allah hebben verzonnen en die Zijn Verzen geloochend hebben? Zij zijn degenen die door hun aandeel in het Boek (Lauhoelmahfoezh) getroffen worden, totdat wanneer Onze gezanten (de Engelen) tot hen komen die hen wegnemen. Zij zeiden: "Waar is hetgeen dat jullie plachten to aanbidden naast Allah?" Zij zeiden: "Zij zijn van ons weggegaan," on zij getuigden over zichzelf dat zij ongelovigen waren.
7:38
قَالَ ادْخُلُوْا فِیْۤ اُمَمٍ قَدْ خَلَتْ مِنْ قَبْلِكُمْ مِّنَ الْجِنِّ وَ الْاِنْسِ فِی النَّارِؕ-كُلَّمَا دَخَلَتْ اُمَّةٌ لَّعَنَتْ اُخْتَهَاؕ-حَتّٰۤى اِذَا ادَّارَكُوْا فِیْهَا جَمِیْعًاۙ-قَالَتْ اُخْرٰىهُمْ لِاُوْلٰىهُمْ رَبَّنَا هٰۤؤُلَآءِ اَضَلُّوْنَا فَاٰتِهِمْ عَذَابًا ضِعْفًا مِّنَ النَّارِ ﱟ-قَالَ لِكُلٍّ ضِعْفٌ وَّ لٰكِنْ لَّا تَعْلَمُوْنَ(۳۸)
0

Hij (Allah) zegt: "Treedt de gemeenschappen van de Djinn's en de mensen binnen die jullie reeds zijn voorgegaan in de Hel. Telkens wanneer een gemeenschap (de Hel) binnengaat, vervloekt zij haar zuster(-gemeenschap), totdat, wanneer zij allen bijelkaarkomen, de laatste van hen over de eerste van hen zegt: "Onze Heer, deze heeft ons heeft doen dwalen, geef hun daarom een dubbele bestraffing van de Hel." Hij zei: "Voor een ieder is er een dubbele (bestraflring), maar jullie weten het niet."
7:39
وَ قَالَتْ اُوْلٰىهُمْ لِاُخْرٰىهُمْ فَمَا كَانَ لَكُمْ عَلَیْنَا مِنْ فَضْلٍ فَذُوْقُوا الْعَذَابَ بِمَا كُنْتُمْ تَكْسِبُوْنَ۠(۳۹)
En de eersten hunner zullen tot de laatsten zeggen: "Gij zijt niet boven ons verheven, smaakt daarom de straf voor al hetgeen gij deedt."

En de eerste van hen zal tot de laatste van hen zeggen: "Jullie zijn niet boven ons begunstigd, proeft daarom de bestraffing vanwege hetgeen jullie plachten verrichten.
7:40
اِنَّ الَّذِیْنَ كَذَّبُوْا بِاٰیٰتِنَا وَ اسْتَكْبَرُوْا عَنْهَا لَا تُفَتَّحُ لَهُمْ اَبْوَابُ السَّمَآءِ وَ لَا یَدْخُلُوْنَ الْجَنَّةَ حَتّٰى یَلِجَ الْجَمَلُ فِیْ سَمِّ الْخِیَاطِؕ-وَ كَذٰلِكَ نَجْزِی الْمُجْرِمِیْنَ(۴۰)
Voorzeker, voor hen die Onze tekenen verloochenen en er zich hoogmoedig van afwenden, zullen de poorten van de Hemel niet worden geopend, noch zullen zij in het paradijs komen; eer zou een kameel door het oog van een naald gaan. En zo vergelden Wij de daden der schuldigen.

Voorwaar, degenen die Onze Verzen loochenen en die zich er hooghartig van afwenden: de poorten van de hemel zullen voor hen niet worden geopend, en zij zullen het Paradijs niet binnengaan, totdat de kameel door het oog van de naald gaat. En zo vergelden Wij de misdadigers.
  FONT
  THEME
  TRANSLATION
  • English | Ahmed Ali
  • Urdu | Ahmed Raza Khan
  • Turkish | Ali-Bulaç
  • German | Bubenheim Elyas
  • Chinese | Chineese
  • Spanish | Cortes
  • Dutch | Dutch
  • Portuguese | El-Hayek
  • English | English
  • Urdu | Fateh Muhammad Jalandhry
  • French | French
  • Hausa | Hausa
  • Indonesian | Indonesian-Bahasa
  • Italian | Italian
  • Korean | Korean
  • Malay | Malay
  • Russian | Russian
  • Tamil | Tamil
  • Thai | Thai
  • Farsi | مکارم شیرازی
  TAFSEER
  • العربية | التفسير الميسر
  • العربية | تفسير الجلالين
  • العربية | تفسير السعدي
  • العربية | تفسير ابن كثير
  • العربية | تفسير الوسيط لطنطاوي
  • العربية | تفسير البغوي
  • العربية | تفسير القرطبي
  • العربية | تفسير الطبري
  • English | Arberry
  • English | Yusuf Ali
  • Dutch | Keyzer
  • Dutch | Leemhuis
  • Dutch | Siregar
  • Urdu | Sirat ul Jinan
  HELP

اَلْاَعْرَاف
اَلْاَعْرَاف
  00:00



Download

اَلْاَعْرَاف
اَلْاَعْرَاف
  00:00



Download